Fijngevoelig werkje van deze bijzondere kunstenares.
(Samenvatting van tekst uit Wikipedia zie hier onder)
Sárika Góth ook wel Sari Goth, geboren te Wenen, 29 maart 1900 - Veere, 1 april 1992) kind v. Hongaarse ouders,
Góth was een dochter van Maurice Moritz Góth en Ada Lowith, die beiden ook kunstschilder waren.Ze bracht haar jeugd door in Boedapest en Parijs. Het gezin was voor een vakantie aan de Belgische kust toen in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak. Het gezin vluchtte naar Zeeland en woonde eerst in Domburg en daarna in Veere. Met o.a. haar moeder Ada Góth-Lowith Lucie van Dam van Isselt, Anneke van der Feer, Jemmy van Hoboken, Ina Rahusen en Bas van der Veer wordt zij gerekend tot de Veerse Joffers.
Góth schilderde al rond 1915 en had onder andere een zelfportret geschilderd als meisje dat haar haar kamt. Góth kreeg lessen van Jo Koster en had ook contact met Jan Toorop, die haar aanraadde naar Domburg te gaan, waar in die tijd meer kunstenaars werkten zoals Mondriaan en Jan Sluyters. Tussen 1918 en 1920 volgde zij een opleiding aan de kunstacademie in Den Haag, maar ze kreeg ook les van van Hans Hofmann in 1922 in München. In 1923 had zij les aan de School of Arts and Crafts in Londen en in 1924 bij André Lhote (Parijs). Góth gaf op haar beurt lessen aan Roeloffina van Heteren-Vink.
Tussen 1927 en 1950 woonde ze in Amsterdam, daarna afwisselend in Amsterdam en Veere. In Veere woonde zij aan de Markt, in het huis ‘de Goutsbloeme’. Naast haar werk als kunstschilder handelde zij in antiek. Na haar overlijden werd haar collectie geveild. De opbrengst ging naar het Koningin Wilhelmina Fonds.