Willem Arnoldus (Willem) Witsen (Amsterdam, 13 augustus 1860 – aldaar, 13 april 1923) was een Nederlands schilder, tekenaar, etser, graficus, fotograaf en schrijver. Hij kwam uit de welgestelde patriciërsfamilie Witsen, waartoe ook de 17e-eeuwse regenten Cornelis Jan Witsen en diens zoon Nicolaes Witsen behoorden.
Jeugd en opleiding
Willem Witsen was een zoon van de koopman in ijzer Jonas Jan Witsen (1819-1901) en Jacoba Elisabeth Bonekamp (1826-1873). Hij groeide op aan de Prinsengracht 530 te Amsterdam. In 1867 verhuisde de familie naar het Westeinde, in het hoekhuis met de Nicolaas Witsenkade. Van 1876 tot 1884 nam hij tekenlessen aan de Rijksakademie van beeldende kunsten aan de Stadhouderskade; aanvankelijk 's avonds, vanaf 1878 voltijds. In die periode was hij ook bestuurslid van de naar de schutspatroon van de schilderkunst vernoemde kunstenaarsvereniging Sint Lucas. In 1880 werd hij vrijgesteld voor militaire dienst; zijn fysieke kenmerken werden genoteerd.[1] Tot december 1881 verbleef hij samen met Piet Meiners in Antwerpen om daar lessen te nemen, waarna hij weer de academie in Amsterdam opzocht.